laatste wijziging: 27-10-2022

DEEL 1 : van Thales tot Pascal


Filosofen en schrijvers op zoek.

1

9 – Inleiding

 

Ik ben ietsist.

2

14 Het Godsidee

[EXPAND †“ Mensen kunnen zich dingen ver-beelden] Het begin van de ontwikkeling van religieuze gevoelens, blijkt uit het werk van antropologen, ligt in het vermogen van de vroege mens om niet alleen met zijn zintuigen indrukken op te doen, maar ook die indrukken met zijn “grijze cellen “tot begrippen en oordelen om te zetten. Op dat moment dat hij daartoe in staat was, was er sprake van zelfbewustzijn en onderscheidde hij zich van de meeste dieren. de eerste mensen konden op een gegeven moment vooruitdenken en plannen maken. Zij konden zich dingen “ver- beelden ” en met hun gedachten eens over het hier en nu heenstappen. De grenzen van tijd en ruimte waarin zij leefden werden teruggedrongen. In een split second kan de mens van vandaag zijn gedachten stop marsrichting en al televisie eens plannen bedenken voor de bouw van een basis. Dat kunnen kippen niet en zelfs een chimpansee kan dat niet, ook al heeft deze voor 96% hetzelfde DNA als de mens. [/EXPAND]

[EXPAND †“ Mensen gaan voor een eeuwig leven] Zo kwam hij tot een eerste aanwijsbare uiting van religieuze gevoelens: hij ging zijn doden begraven en gaven in het graf werktuigen mee voor “onderweg “, dus voor het leven na de dood. En met dat zelfbewustzijn ontwikkelde hij zo goed en zo kwaad als mogelijk was de sociale vaardigheid om op het gedrag van de mensen om hem heen te reageren, ook allereerst weer om zijn bestaan te verlengen. [/EXPAND]

[EXPAND †“ Tastbare bewijzen van deze denkwereld]De eerste tastbare bewijzen van deze denkwereld dateren pas van ongeveer 5000 jaar geleden, toen de primitieve mens zijn gedachten scheen optekenen. … in het primitieve gezin was voor de kinderen de vader de enige waarvan verwacht kon worden dat hij hen tegen gevaar en dreiging kon beschermen en die in hun jonge jaren ook een vragen kon beantwoorden. Maar de vader op zijn beurt gaat niemand die voor hem instond, die zijn angsten en onzekerheid kon wegnemen. Het verlangen naar zekerheid en veiligheid prikkelde zijn verbeelding tot de “geboorte “van de Almachtige, Alwetende en Alomtegenwoordige goede vader.[/EXPAND]

3

19 Thales van Milete

4

21 Xenophanes

5

23 Heraclitus

6

26 Democritus

[EXPAND Atomen]Alles is, zei hij met overtuiging, samengesteld uit deeltjes, atomen. Atomen, hun beweging en de leegte tussen de atomen, zijn de bouwstenen van alle dingen, verklaarde hij. Hij meende zelfs dat de ziel uit atomen bestaat. En geleid door zijn intuïtie was hij er heilig van overtuigd dat alles in de wereld en de kosmos gestuurd wordt door onwrikbare natuurwet. Toeval bestond voor hem niet. Wij noemen een gebeurtenis “toeval “simpel omdat we de oorzaak van wat er gebeurd is niet kennen. Maar alles heeft een oorzaak, dus is er geen toeval[/EXPAND]

[EXPAND De bellen in een pan kokend water theorie]André Linde heeft een theorie ontwikkeld waarin hij ons heelal ziet als een van de vele bellen in een pan kokend water. Zo’n bel ontstaat (oerknal), meldt op (uitdijing) en klimt weer tot nul. Dat beeld van Linde komt dicht bij het oorspronkelijke idee van de oude Grieken dat er altijd een ongeordende chaos of oersoep is geweest waaruit de werelden werden gevormd.[/EXPAND]

7

29 Anaxagoras

8

32 Plato

[EXPAND het idee auto]je ziet een ding (Het Idee)”auto”. Maar de dingen dat je mooi vindt en graag zou willen kopen, is het poldermodel auto. Je kunt het oordeel niet kopen, word je straks een kopie geleverd. En zo kun je van alle dingen die je om je heen ziet in de hemelse showroom van Plato het oor model vinden. Als je auto naar de sloop gaat, blijft het hemelse idee auto bestaan om haar eeuwig bestaan. De auto is een onvolmaakt ding, vandaar dat je lid bent van de ANWB, maar het hemelse idee auto is volmaakt en door God geschapen en dus uniek[/EXPAND]

9

38 Aristoteles

[EXPAND Plato’s illusie ten opzichte van de werkelijkheid van Aristoteles]Van Plato weten we dat hij deze wereld een illusie, een droomwereld vond. Hij was de dromer die speculeren over de echte, maar bovennatuurlijke ideeënwereld waarvan onze werkelijkheid niet meer dan een onvolmaakte afspiegeling zou zijn. Voor Aristoteles was dat alles onzin. Onze wereld was de werkelijke wereld. Hij was gewoon met de zintuigen waarneembaar in beperkte door tijd en ruimte. Als total loss was een groot natuurliefhebber en legde een verzameling aan van alles wat groeide en bloeide. Maar niet uitgroeien bloeien en afsterven had hij meer zijn aandacht, maar de oorzaken daarachter. Uit dat piekeren over gevolg en oorzaak groeide zijn Godsconcept.[/EXPAND]

TO DO bladzijde 42

10

44 Lucretius ( 98 – 55 v Chr. )

52 Marcus Aurelius

58 Plotinus leefde van 204 tot 270

64 Augustinus  leefde van 354 tot 430

in telegramstijl:

70 De scholastiek           periode 1100 – 1600

73 Anselmus van Canterbury  leefde van 1033 tot 1109

76 Thomas van Aquino         leefde van 1224 tot 1274

wie beweegt de eerste beweger

83 mystiek

87 Meister Eckhart         leefde van 1260 tot 1328

Tja, dit is ook een visie…

19

92 Renaissance          periode 1300 – 1650

Sinds de Renaissance ging de mens nadenken zonder een ultieme richtlijn (de bijbel)

92 Renaissance          periode 1300 – 1650

20

95 Blaise Pascal

21