deel 1 – bladzijde 1 – 135
blz 13-15
1 . INLEIDING: ONENIGHEID OVER FALEN EN VERDRIET
Falen en verdriet van mensen, ingekaderd als psychische stoornissen, is zeer nauw verweven met het wetenschappelijk onderzoek ernaar. De uitkomsten van wetenschappelijk onderzoek naar diagnose en behandeling van psychische stoornissen heeft zeer grote invloed op het menselijk bestaan. Het beoefenen van wetenschap is in de laatste decennia meer economisch gedreven geworden. De beoefenaars ontwerpen technologische producten die verkoopbaar moeten zijn en mensverbetering dienen. Deze producten zijn van biologische, nano-technologische en informatietechnologische aard en ze kunnen het menselijk bestaan ten diepste veranderen. Er is een tegenkracht van wetenschapsonderzoekers en techniekonderzoekers die bezorgd is over de invloed van commercie op de onderzoeksagenda en de onderzoeksresultaten. De wetenschapsonderzoekers benadrukken dat er onwenselijke consequenties zijn van de huidige en toekomstige technologie, en bestrijden het automatisme van toepassing van technologie.
15 – Verklaren, voorspellen, beheersen
De wetenschap onderzoekt geen vastliggende natuur, en die natuur spreekt niet tot ons via de mond van de wetenschapper. De wetenschap creëert mede de werkelijkheid die zij, volgens de opvattingen van het klassiek realisme, slechts zegt te tonen. Terwijl Dehue de positie van de kritische onderzoekers beschrijft als die van het ‘realistisch realisme’: de symptomen zijn realistisch maar de naam verwijst slechts naar een inkadering van bepaalde eigenschappen.
Het impliciete doel van de wetenschapsbeoefenaars is steeds meer om die werkelijkheid naar eigen hand te zetten. Het motto “kennis, kunde, kassa” van de regering, is samen met het motto van psychologisch onderzoek ’verklaren, voorspellen, beheersen‘ een te eenzijdige combinatie om de vooruitgang op een verantwoorde manier te sturen. De invulling van onze toekomst mogen we niet aan de afzonderlijke wetenschappelijke disciplines overlaten.
In dit boek stelt de auteur dus twee categorieën van wetenschappers tegenover elkaar: de beoefenaars en de onderzoekers. De eerste categorie verabsoluteert de onderzoeksresultaten, terwijl de tweede, die door Dehue verdedigd wordt, die juist relativeert.
19 Stoornissen die toeslaan
De DSM definieert diagnoses van psychische stoornissen, gebaseerd op clusters van symptomen. ADHD wordt zo ook erkend als stoornis. Vervolgens zeggen we dat ADHD jonge kinderen ‘treft’. Dat heet reïficeren, we veranderen een symptoombeschrijving in een ziekte en vervolgens is het een oorzaak. Dit is een onterechte vorm van klassiek realisme, namelijk doen alsof we een natuurlijk feit waarnemen, terwijl we we dit echter zelf gemaakt hebben. John Stuart Mill herkende al de gewoonte om iets wat een naam kreeg te identificeren als een wezen of een ding. En dan aan dat wezen of ding een handelingsbekwaamheid toe te schrijven. Zo verhult de uitdrukking ‘de economie krimpt’ en ‘de mode schrijft korte rokken voor’ dat dit in werkelijkheid onze eigen maaksels zijn.
23 – Een holistisch model van ziekte
- In een holistisch model voor ziekte wegen individuele eigenschappen en omstandigheden zwaar.
- Onze medici hanteren echter primair een diagnose model dat classificeert en mensen vergelijkbaar maakt.
- De DSM legitimeert met zijn diagnostiek en statistiek de methodes van de diagnostiek en de behandeling daarna, vrij van de individuele context.
- Het reïficeren leidt er bijvoorbeeld toe dat ADHD als oorzaak van de stoornis gezien wordt en niet als term voor de inkadering van bepaalde problematische medische eigenschappen van het individu.
29 – Het verwijt van ‘medicalisering’
De schrijfster laat hier zien hoe groot de invloed van medicalisering kan zijn op het leven van mensen. Het biologische beeld van de vrouw die voorbestemd is voor een dienende rol, en van homosexualiteit als een stoornis, die homosexuele mannelijke psychiaters niet toeliet hun beroep uit te oefenen.
32 – Medicalisering – toen en nu
De tijdgeest is veranderd van de vrijheid en geprezen ongehoorzaamheid rond de jaren 60-70, naar strengere normen voor gedrag vanaf 1980. Toen ontstond het idee dat er vanaf de kindertijd alles aan mensen te verbeteren valt. Het verzet van de burger tegen de medicalisering door dokter en overheid in de zestiger jaren, is nu een verzet van de overheid tegen de dokter en de burger, vanwege de gestegen kosten. Deze kostenstijging komt niet door kleinzerigheid van de burger maar door de intolerantie van de samenleving en de burger voor de eigenschappen waarnaar diagnoses verwijzen, ook als ze in geringe mate voorkomen.
35 – Standaarden in de wetenschap
Naast het behandelen van het eerste hoofdonderwerp, de problematiek van de reïficering van stoornissen, besteedt Dehue nu aandacht aan haar tweede hoofdonderwerp, dat bespreekt wat als ‘wetenschap‘ mag gelden.
De wetenschap heeft vaak een nauwe kijk op het speelveld van wetenschappelijk onderzoek en de regels van het spel. De auteur heeft voor dit boek ruim de tijd genomen en een wisselwerking gezocht met diverse universitaire disciplines, spelers in de medische praktijk, en studenten. De doelstelling is geen popularisering van de wetenschap maar wel afstand nemen van de wetenschap vanuit de ivoren toren; dus het belang onderkennen van inbreng van praktische kennis.
40 – Betere mensen, de lange lijn
Hier loopt Dehue vooruit op de navolgende hoofdstukken en geeft zij globaal aan wat hierin door haar wordt gesteld.
- In hoofdstuk 2 grijpt ze de debatten over de al dan niet gewraakte DSM aan om de betekenis van het woord ‘wetenschap’ nader te doorgronden, waarbij ook aandacht aan het onontkoombare belang van de vergadertafelmethode wordt besteed. Wetenschapsfilosofen en wetenschapsonderzoekers zijn de mening toegedaan dat de beoefenaar van wetenschap geen vaste werkelijkheid blootlegt, zoals het beeld van het ‘klassiek realisme’ dit vooronderstelt, maar deze werkelijkheid juist in hoge mate mede vormt. Ze noemt dit laatste “realistisch realisme”.
- In hoofdstuk 3 worden de hieruit verkregen inzichten getoetst aan het biologisch psychiatrisch onderzoek naar psychische afwijkingen. Het is in tegenstelling tot wat vaak wordt gesteld helemaal niet zeker dat de geïdentificeerde stoornissen herleid kunnen worden tot biologische of neurologische metingen. Biologisch onderzoek heeft tot op heden weinig bijgedragen en van het neurologisch onderzoek valt dit ook niet te verwachten. Dat de biomedische wetenschappen de mens van de toekomst aan het maken zijn is reden voor grote zorg.
- Hoofdstuk 4 gaat in op de redenen voor de toenemende vraag naar medicatie door – en de toenemende groei van – ADHD patiënten.
- In hoofdstuk 5 valt de nadruk op de maatschappelijke druk als de waarschijnlijk sterkste verklaring. Het gaat daarbij vooral om de meritocratische politiek, die economische vooruitgang vooral van ieders individuele werken aan het eigen lichaam en brein verwacht. Onze biologische gesteldheid, onze genen en hersenen, beschouwen we hierbij niet meer, zoals dit vroeger wel het geval was, als een te dragen lot maar grotendeels als een gevolg van eigen handelen. Alles wat dan niet perfect gaat wordt dan je eigen fout, waarop je afgerekend kunt worden.
- Dit leidt tot de in hoofdstuk 6 beschreven ver doorgevoerde leefstijlpolitiek, welke echter geen werkelijke oplossing biedt voor een falend overheidsbeleid.
In de epiloog, hoofdstuk 7, beschrijft Dehue, in hoge mate geïnspireerd door het filosofische gedachtegoed van John Stuart Mill, hoe naar haar opvatting tot een betere aanpak kan worden gekomen. Dit zowel in het alledaagse leven als in de wetenschappen van het menselijke bestaan.
Vervolgens wordt uitgebreid besproken wat wetenschap is, en waarom wetenschapsfilosofen en wetenschapsonderzoekers de mening zijn toegedaan dat wetenschap geen vaste werkelijkheid blootlegt, maar deze werkelijkheid in hoge mate mede vormt. Ze noemt dat “realistisch realisme”.
blz 46 WETENSCHAP ALS ONDERNEMING
- 46 De lancering van de vernieuwde versie van DSM-4 in 2013 leidde tot veel publieke discussie. Miljarden zijn besteed aan onderzoek dat mensen (en zelfs dieren) indeelde in categorieën overeenkomstig de DSM-5 en er werd gezocht naar correlaties met biomarkers of neuromarkers, echter zonder resultaat.
- DSM-5 is dan ook opnieuw het werk van 400 internationale experts over een periode van tien jaar, mensenwerk dus, aan de vergadertafel. Desalniettemin, zo stelt Dehue, is de eenzijdige kritiek op de DSM-5 als product van de vergadertafel misplaatst, deze heeft wel degelijk waarde.
- Het is een illusie dat de natuur zich blootgeeft in laboratoriummetingen en dat wetenschap zo de realiteit van stoornissen openbaart.
- Wetenschap is mensenwerk, dat echter wel steeds vaker in commerciële dienst staat. Deze wetenschap en het resultaat ervan beïnvloedt ons leven in hoge mate, dus de beoefening ervan kunnen we niet overlaten aan een beperkte groep mensen en hun belangen.
- 48 De DSM-5 s eigenlijk een “woordenboek”
49 Wetenschappelijk vergaderen
- 49 De aanvallen op de DSM zijn vaak dat deze niet steunt op biologische gegevens.
- Echter het voorbeeld van homosexualiteit laat zien dat er geen hard biologisch onderscheid is gevonden. Wie of wat afwijkend is, wordt onvermijdelijk door mensen bepaald.
- Vervolgens wordt de ontwikkeling van de wetenschapsfilosofie besproken, om te laten zien dat de ontwikkeling ging van klassiek realisme (er is een natuurlijke werkelijkheid die we kunnen kennen) naar realistisch realisme (de werkelijkheid kan gekend worden maar wordt mede gevormd door de door mensen bedreven wetenschap).
- 50 Hierbij passeren de bekende filosofen Immanuël Kant, David Hume, de Wiener Kreis, Karl Popper de revue.
- 49 Geen van hun theorieën rekent af met de ‘vergadertafel’; overleggen en besluiten is cruciaal in elke wetenschap waarbij zekerheid niet haalbaar is.
- 49 De “bogsat” methode ( “Bunch Of Guys Sitting Arround a Table” ) Echter is dit laatste voor de huidige maatschappij een lastige conclusie.
54 doorzetten in de wetenschap
- 54 Thomas Kuhn betoogde dat alle onderzoek op eigen aannamen berust. Zo is bij hersenonderzoek met fMRI de aanname dat meer bloed extra activiteit van zenuwcellen voorstelt en dat het brein zinvol in hersengebieden kan worden opgedeeld. Beide aannames worden in het volgende hoofdstuk ter discussie gesteld.
- 54 Kuhn introduceerde de paradigma-verandering waar langzaamaan niet passende informatie verschijnt die aanhangers krijgt en even langzaam verschuiven de aannames en methoden naar een geheel nieuwe richting.
- 56 Dat lijkt nu het geval te zijn in de humane genetica.
- Wetenschapsfilosofie is een poging om te bepalen wat echte wetenschap is die tot ware kennis leidt.
58 Hoe woorden werkelijkheden vormen
- 58 Filosoof Michel Foucault is de grondlegger van wetenschapsstudies naar de vraag hoe de psychiatrie en psychologie het menselijk bestaan vormgeven door hun classificaties, tests, voorlichtingsprogramma’s en behandelingsmethoden.
- 59 Welke menselijke processen leiden tot een algemeen gedragen opvatting over wat ware feiten zijn? Welke historische en sociologische processen hebben tot huidige kennis geleid?
- Zo ontwikkelde zich het sociaal constructivisme in het wetenschapsonderzoek.
- Classificaties van stoornissen, de verwoording van bevindingen van menselijk gedrag, zijn menselijke maaksels met consequenties, want ze bepalen vaak het leven van individuen.
- 59 Dit wordt wel ‘making-up people’ genoemd. Trouwens ook buiten de psychiatrie vindt dit plaats met definities als allochtonen en zelfs de benaming man of vrouw, die steeds onduidelijker begint te worden op basis van biologische criteria.
- Misschien zijn er veel meer sexen en misschien is er geen (één continuüm).
- Een classificatie weerspiegelt geen werkelijkheid, maar ondersteunt menselijke doelen en geeft de werkelijkheid mede vorm.
62 Netwerken van mensen en dingen
- 62 Wetenschapsonderzoeker Bruno Latour zag het bedrijven van wetenschap als een poging om mensen en andere elementen uit de werkelijkheid met elkaar in een netwerk te verenigen.
- De niet-menselijke wereld wordt verknoopt met de menselijke wereld en zal aanvaard worden in bredere kring.
- 63 Voor de toepassing van Pasteurs vaccin moest de Franse samenleving worden heringericht naar het model van het laboratorium van Pasteur met hygiënische maatregelen, vaccinproductie op grote schaal, vaccinatieprogramma’s, registratiesystemen ed.
- Foucault zag verbale kennis als actor in een netwerk dat ons dwingt om binnen een raamwerk te denken, maar ook een vaccin, tv, anticonceptie, de auto en de sms beïnvloeden de mogelijkheden die we hebben en de omgang met elkaar.
- Zo krijgen we hybride netwerken van mensen en dingen.
Wetenschapsbeoefenaren blijven vaak denken dat ze het pure ontdekken van feiten uitoefenen, los van latere toepassing. Daardoor gaan ze door met hun onderzoek dat op ons leven grote invloed zal hebben, zonder dat de bedoelde en onbedoelde consequenties van hun onderzoek ter discussie staan.
De band tussen onderzoek en ondernemingen leidt ertoe dat het onderzoek de doelen van ondernemingen steunt en de onderzoeker zich dus steeds meer als ondernemer opstelt. De bedoelde of onbedoelde consequenties ervan staan te weinig ter (publieke) discussie, hetgeen tot uitholling van de democratie leidt.
67 De kracht van beloften
- Er worden door wetenschappers en bedrijven grote verwachtingen geschapen van het onderzoek naar biologische achtergronden van psychiatrische aandoeningen en ernstige ziektes als Alzheimer. Er wordt geld gepompt in onderzoek naar scans voor de detectie van ADHD.
- De resultaten zijn zeer teleurstellend maar de belofte blijft bestaan (“het is nog niet ontdekt”), anders komt er geen geld voor onderzoek.
- 70 De realiteit is echter dat Alzheimer een containerbegrip is voor een achteruitgang van complexe wisselwerkingen in cellen, tussen cellen, tussen weefsels en organen et cetera.
- De kans is klein dat er een genetische oorsprong is, want het is geen ziekte.
Hedendaagse beoefenaars van biotechnologische wetenschappen worden afgerekend op ondernemerschap en het draait dus bij hen om strategische allianties met allerlei andere ondernemers. Tegenwoordig combineert een goed onderzoeker in zijn persoon dan ook de eigenschappen van de wetenschapper met die van de politicus en ondernemer.
Als we daarom beseffen dat bij alle onderzoek menselijke besluiten komen kijken, is het mogelijk te vragen naar duidelijkheid over wiens besluiten en welke besluiten. Ravetz bepleit dat eenzijdige gerichtheid op vooruitgang en winst vervangen zou moeten worden door behoedzaamheid en moraliteit als leidende waarden in de wetenschapsbeoefening. Een afweging van de risico’s zou moeten meetellen en deze moet gedaan worden in samenspraak met de doelgroep van gebruikers.
De vergadertafelmethode zoals gebruikt voor de DSM is een zeer geschikte methode en mag niet weggehoond worden door wetenschappers die denken dat hun peer reviews door vakgenoten beter zijn.
‘Kennis, kunde, kassa’ is het motto van het innovatiebeleid waarin de samenwerking tussen universiteiten en bedrijfsleven tot economisch succes moet leiden. Er gaan echter stemmen op om het onafhankelijk onderzoek als tegenwicht te behouden in een nieuw wetenschapsbeleid, maar deze geluiden zijn zwak. Ook wetenschapsinformatie en voorlichting (see through science) ten behoeve van openbare bevraging neemt alleen maar af. Het wordt tijd om te scanderen ‘we zijn geen kleuters’.
84 HOOFDSTUK 3. WIJ WORDEN ONS CONNECTOOM
- 85 Op de DSM-5 kwam van twee kanten kritiek:
- Van de linkerkant van de geestelijke gezondheidszorg die zich zorgen maakte over het grote aantal stoornissen en hoe de farmaceutische industrie er voordeel uit zou halen.
- Van de rechterkant van de biologische psychiatrische wetenschappers, want de DSM-5 zou ten onterechte de resultaten van deze onderzoeken niet hebben verdisconteerd.
- De biologische psychologie zag Thomas Insel, de directeur van het NIMH, als haar belangenbehartiger want dit instituut spendeert 1,5 Miljard dollar per jaar aan biologisch psychiatrisch onderzoek. Eerder al had zijn voorganger Hyman echter uitgesproken dat dit onderzoek weinig had opgeleverd wat hij toeschreef aan de DSM (onderzoek moest de classificering van de DSM gebruiken).
Dit hoofdstuk werkt aan de hand van de biologische psychiatrie verder uit dat wetenschap een proces van beslissingen nemen is bij pogingen om de werkelijkheid op een specifieke manier naar de menselijke hand te zetten.
- 86 Ook komt de nieuwe kijk van Insel en anderen aan de orde dat psychische stoornissen niet te vinden zijn in gebieden in het brein maar mogelijk het gevolg zijn van foute ‘bedrading’ in het neuronale circuit.
- Hiertoe werd als nieuwe benaming voor het brein de term connectoom geïntroduceerd.
- Tegelijkertijd nam dit instituut het besluit geen onderzoeksaanvragen meer te honoreren, gebaseerd op DSM-5. Dit had wereldwijd een enorme impact.
86 Een impuls voor het realisme
- 86 Het breinonderzoek met de hersenscanner gaf en geeft heel nieuwe impulsen aan opvattingen in de lijn van het klassiek realisme en een opleving ervan.
- 87 Het brein wordt gezien als een soort tweede persoon die in ons huist.
- De reïficering van de gevonden resultaten van hersenscans nam en neemt een enorme vlucht. Zo kennen we het puberbrein, seniorenbrein en autismebrein, alle suggererend dat er werkelijk zoiets bestaat, een door Dehue sterk veroordeelde zienswijze. Metingen aan het brein kunnen hooguit aanwijzingen geven voor een eigenschap, maar niet of dit een stoornis is.
91 Het brein in beeld en geluid
- 91 Men kan in fMRI waarnemen in welke hersengebieden veel bloed aanwezig is en neemt dan aan dat deze activiteit van neuronen weergeeft en trekt vervolgens vergaande conclusies. En al dat onderzoek vindt dan ook nog plaats stil liggend in zo’n enge lawaaimakende scanner, ver van de realiteit. Dehue stelt een realistischer kijk op de gegevens voor dan in het klassiek realisme gebeurt. Een sterk voorbeeld van deze dwaalwegen is die in het kader van de zoektocht naar de biologische oorzaken van autisme.
- 89 Een wetenschapper beweerde een autismetest te hebben ontwikkeld met bijna volledige waterdichte voorspelling voor dit gedrag. En als je het nog niet vertoonde dan was het latent aanwezig….! Dehue veegt met deze pretentieuze wetenschappers de vloer aan.
- 92 Het opsporen xxx
- 95 Hersenscans zijn dus xxx
- 96 “Waar blijft de ziel? ” Bert Keizer
JST 27 maart 2019 ; Vandaar dat deze scan van het bloed wel succesvol is bij dottering , maar daar wordt deze methode op een fysiek lichamelijk probleem toegepast.
97 Van topwetenschap tot "kleurvlekkentest"
- 97 De NIMH was de grootste criticus van de DSM, maar ook van het biologisch-psychiatrisch onderzoek. Conclusie is dat er een stortvloed van publicaties van bedenkelijke kwaliteit is verschenen.
- 98 Op basis waarvan eigenlijk niets kan worden geconcludeerd als het om de biologisch psychische oorzaken gaat van stoornissen, behalve dat er altijd meerdere factoren voor zijn.
100 Miljarden nucleotiden
- 97 Ook het genetisch onderzoek gekoppeld aan psychische stoornissen heeft spraakmakende publicaties opgeleverd, maar geen resultaat.
- 97 Dit gebeurde terwijl de strategie van overdrijving van bevindingen en doen van beloften hoogtij viert.
- Bijvoorbeeld met betrekking tot de veronderstelde genetische link naar ADHD. Als er geen aantoonbare resultaten zijn wordt met veel trommelgeroffel de stelling geponeerd dat er dus juist meer (kostbaar) onderzoek naar de gezochte biomarkers moet komen: business dus voor de ondernemende onderzoeker.
106 Beloften over hersencircuits
- 106 De aanname dat mensen met een stoornis met een naam dezelfde biologische kenmerken zouden hebben is vergelijkbaar met de kenmerken van vrouwen met de naam Anna. We proberen te reïficeren, op zoek naar een ding met de naam van de stoornis.
- Het werkt ook andersom, dat mensen met verschillende stoornissen misschien overeenstemming zouden kunnen hebben. Mensen met ADHD hebben vaak ook andere stoornissen zoals gedragsstoornis, bipolaire stoornis, angststoornis, depressie en meer. Dat kan het vermoeden opleveren dat er een onderliggende samenhangende stoornis is.
- 108 Daarom heeft het NIMH clusters van stoornissen aangewezen en financiert het onderzoek dat deze clusters als uitgangspunt neemt. Het vermoeden is dat er een ‘’bedradingsprobleem’’ in de hersenen is. Dit onderzoek staat echter nog in de kinderschoenen, en is fundamenteel onderzoek. Daarbij wordt echter al gesproken van een paradigma-wisseling in het biologisch psychiatrisch onderzoek alsof bij deze politiek bedrijfsmatige beoefening van de wetenschap de ware werkelijkheid zou kunnen worden vastgesteld.
111 Nieuwe neuropathieën
- 112 Bij de wending naar nieuwe en doeltreffender medicaties voor de verschillende soorten storingen zijn er ook publiek-private samenwerkingsverbanden met duidelijk commerciële belangen die psychofarmaca op de markt brengen.
- 113 Waarbij vaak de kwaal bij het al ontwikkelde medicijn nog moet worden gezocht dan wel gecreëerd. Dit gaat gepaard met mooie hersenafbeeldingen die het idee van een brein als netwerk, connectoom moeten doen aanslaan. Dit onderzoek wordt ook wel “connectomie” genoemd.
116 Het dynamische connectoom
- 116 President Obama kondigde in 2013 het BRAIN Initiative aan, waarin de overheid in 10 jaar 3 miljard dollar beschikbaar stelt. Het onderzoek start met onderzoek aan het brein van een rondworm, met 300 neuronen en 7000 verbindingen.
- 117 Over vijftien jaar volgt onderzoek van de cortex van een muis. Over de mens wordt niet gerept want die heeft 80 miljard neuronen en 150 biljoen verbindingen.
- 116 Echter om het geld los te krijgen moesten sterkere verwachtingen gewekt worden en Obama sprak dan ook van hoop op het vinden van de oorzaak van Alzheimer. Deze onterechte belofte was de vrucht van overleg van de ambtenaren met de initiatiefnemers, want alleen bij beloften tot het verhelpen van ziekten kon dit plan doorgaan.
- 118 Omdat BRAIN ook gelieerd is aan het Pentagon dreigt de hersentechnologie ook misbruikt te kunnen worden voor het ontwikkelen van cyborgachtige doelstellingen. Zorgwekkend is dan het hiermee gepaard gaande dreigende gebrek aan democratische controle.
120 De mentale staat van Europa
- 120 Framen van allerlei condities als een hersenstoornis impliceert een eenzijdig pad van ingrijpen in het brein.
- 122 Het Europese Human Brain Project beoogt de hersenen na te bouwen in een neuromorfe supercomputer. Bij al deze dure en grote hersenprojecten worden vergaande en – naar de mening van steeds meer wetenschappers – onzinnige beloften gedaan.
- 126 De zorg bij al die projecten is dat het geld dat daarnaartoe gaat ten koste gaat van broodnodig psychologisch onderzoek en goede patiëntenzorg. Verder meent het respectabele medisch tijdschrift de Lancet dat het te biomedisch is omdat hersenen mede worden gevormd door interacties tussen mensen.
- 128 Intussen blijven de groepen waar het grote geld naartoe is gegaan de hoge verwachtingen voeden. Om deze in te lossen – zo stellen deze opzwepende beweringen – zal er echter nog meer geld nodig zijn: business dus . . .
- 128 Ik ben mijn connectoom . . .
129 De kat tussen de duiven
- 130 De laatste veranderingen in de DSM zijn weliswaar klein, maar de invloed ervan op het leven van patiënten is ingrijpend.
- 131 Je bent plots geen patiënt meer of een heel ander type patiënt (je kunt degraderen van Einstein naar rain man, zoals bij autisme bijvoorbeeld).
- 132 De door tegenstanders bestreden opname van milde cognitieve stoornis in de DSM is zorgelijk. Om te voorkomen dat het van kwaad tot erger zal worden, moet er bij deze diagnose dan preventief behandeld worden. Met als negatief effect dat al die geïmpliceerde behandelingen ‘om erger te voorkomen’ en ‘mentaal fit’ te blijven bijdragen aan een druk op eigen verantwoordelijkheid. Als je er niet preventief aan werkt is het je eigen schuld en is het dus verwijtbaar als je achteruitgaat.