laatste wijziging: 26-01-2023
Rawls DEEL EEN Theorie
DEEL EEN Theorie 49
In het eerste deel werkt Rawls een gedachte-experiment uit omtrent wat hij noemt de oorspronkelijke positie Dit is een denkbeeldige toestand waarin mensen vrij de basisprincipes van hun maatschappij zouden kunnen kiezen. Hierbij worden de personen in kwestie wel verondersteld niet over concrete informatie te beschikken over hun precieze positie binnen de samenleving.
Ze moeten achter een sluier van onwetendheid het contract opstellen.
Rawls toont aan dat de verschillende belangengroepen in deze Oorspronkelijke Positie rechtvaardigheid zouden invullen als gelijkwaardigheid en niet zouden kiezen voor bijvoorbeeld utilitaire principes.
HOOFDSTUK EEN Rechtvaardigheid als billijkheid 51
- 1. De rol van rechtvaardigheid 51
- 2. Het object van rechtvaardigheid 54
- 3. De hoofdgedachte van de theorie van rechtvaardigheid 58
- 4. De oorspronkelijke positie en rechtvaardiging 64
- 5. Klassiek utilitarisme 68
- 6. Enkele gerelateerde tegenstellingen 73
- 7. Intuïtionisme 78
- 8. Het prioriteitsprobleem 84
- 9. Enkele opmerkingen over moraaltheorie 88
HOOFDSTUK TWEE De beginselen van rechtvaardigheid 95
- 10. Instituties en formele rechtvaardigheid 95
- 11. Twee beginselen van rechtvaardigheid 100
- 12. Interpretaties van het tweede beginsel 105
- 13. Democratische gelijkheid en het verschilbeginsel 113
- 14. Billijke gelijkheid van kansen en zuiver procedurele rechtvaardigheid 115.
- 15. Primaire sociale goederen als de basis van verwachtingen 127
- 16. Relevante sociale posities 131
- 17. De tendens tot gelijkheid 135
- 18. Beginselen voor individuen: het beginsel van billijkheid 142
- 19. Beginselen voor individuen: de natuurlijke plichten 148
HOOFDSTUK DRIE De oorspronkelijke positie 153
- 20. De aard van het betoog voor rechtvaardigheidsconcepties 153
- 21. De presentatie van alternatieven 156
- 22. De omstandigheden van rechtvaardigheid 160
- 23. De formele randvoorwaarden van het concept van het juiste 164
- 24. De sluier van onwetendheid 168
- 25. De rationaliteit van de partijen 174
- 26. De redenering die tot de twee rechtvaardigheidsbeginselen leidt 181
- 27. De redenering die tot het beginsel van gemiddeld nut leidt 190
- 28. Enkele moeilijkheden met het beginsel van gemiddeld nut 195
- 29. Enkele belangrijke redenen voor de twee rechtvaardigheidsbeginselen 204
- 30. Klassiek utilitarisme, onpartijdigheid en altruïsme 212