laatste wijziging: 12-01-2020
019 Z&T Inleiding de zin van het zijn
- 17 Plato – De Sofist – 244 a (zie ook bladzijde 53 Plato verzameld werk V )
- “Want blijkbaar zijn jullie toch allang vertrouwd met wat je eigenlijk bedoelt, wanneer je de uitdrukking zijnd gebruikt, wij daarentegen meenden vroeger wel die uitdrukking te verstaan, maar nu zijn we in verlegenheid geraakt”
- Hebben we tegenwoordig een antwoord op de vraag wat er eigenlijk bedoelen met het woord “Zijnd“?
- Allerminst
- En dus is het zaak de vraag naar de zin van zijn opnieuw te stellen
- Zijn we dan tegenwoordig zelfs maar in verlegenheid, omdat we de uitdrukking “zijn” niet verstaan?
- Allerminst
- En dus is het zaak eerst weer begrip te wekken voor de zin van die vraag. De concrete uitwerking van de vraag naar de zin van zijn is het oogmerk van de volgende verhandeling.
- De interpretatie van de tijd als mogelijke horizon van welk zijnsverstaan ook is het voorlopige doel ervan
- “Want blijkbaar zijn jullie toch allang vertrouwd met wat je eigenlijk bedoelt, wanneer je de uitdrukking zijnd gebruikt, wij daarentegen meenden vroeger wel die uitdrukking te verstaan, maar nu zijn we in verlegenheid geraakt”