laatste wijziging: 12-10-2022
682 III Vrijheid verantwoordelijkheid
DEEL 4 Hebben, doen en zijn
Eerste hoofdstuk : Zijn en doen: de vrijheid
682 III Vrijheid en verantwoordelijkheid
TO DO : samenvatting
Bladzijde 682 tot en met 685
Begrippen:
- verantwoordelijkheid
- op-zich-zijn (en-soi), als het van het bewustzijn onafhankelijke zijn van de dingen, en
- voor-zich-zijn (pour-soi), als het door bewustzijn bepaalde zijn van de mens.
- 682 Hoewel de hierna volgende beschouwingen vooral de moralist zullen interesseren, achtten we het, na die beschrijvingen en argumentaties, niet nutteloos opnieuw in te gaan op de vrijheid van het voor-zich (geest) en te proberen te begrijpen wat het feit van die vrijheid voor het menselijke levenslot betekent.
- 682 De belangrijkste consequentie van onze voorgaande opmerkingen is dat de mens, veroordeeld vrij te zijn, het gewicht van de hele wereld op zijn schouders torst: hij is verantwoordelijk voor de wereld en voor zichzelf als zijnswijze.
- We nemen het woord ‘verantwoordelijkheid‘ in zijn alledaagse betekenis van ‘bewustzijn (van) de onomstotelijke veroorzaker van een gebeurtenis of van een object te zijn’.
- In die zin is de verantwoordelijkheid van het voor-zich (geest) verpletterend, aangezien het datgene is waardoor het komt dat er een wereld is; en aangezien het ook datgene is dat zich doet zijn, ongeacht dus de situatie waarin het zich bevindt, moet het voor-zich (geest) die situatie, met haar tegenspoed coëfficiënt, zelfs als deze ondraaglijk is, op zich nemen; het moet haar op zich nemen in het trotse bewustzijn er de veroorzaker van te zijn, want de ergste tegenslagen en de ergste gevaren die mijn persoon dreigen te treffen, hebben slechts door mijn project betekenis; en ze verschijnen slechts tegen de achtergrond van het engagement dat ik ben.
- Het is dus onzinnig zelfs maar te overwegen zich erover te beklagen, aangezien niets vreemds heeft beslist over wat we voelen, beleven en zijn.
- 682 Wat me overkomt, overkomt me door mij en ik kan er niet over treuren, noch ertegen in opstand komen, noch erin berusten.
- Alles wat me overkomt is trouwens van mij; daaronder moet allereerst worden verstaan dat ik, als mens, altijd op dezelfde hoogte sta als wat me overkomt, want wat een mens door toedoen van andere mensen of van hemzelf overkomt, kan alleen maar menselijk zijn.
- De gruwelijkste oorlogssituaties, de ergste folteringen brengen geen onmenselijke stand van zaken voort: er bestaat geen onmenselijke situatie; alleen uit vrees, door te vluchten en mijn toevlucht tot magische gedragingen te nemen zal ik tot het onmenselijke besluiten; maar deze beslissing is menselijk en ik moet er de volle verantwoordelijkheid voor dragen
- 684 Toch is die verantwoordelijkheid van een heel bijzondere soort. Men zal me tegenwerpen dat “ik er niet om heb gevraagd geboren te worden”, wat een naïeve wijze is om onze facticiteit te beklemtonen
- 685 Zo kies ik er in een bepaalde zin voor geboren te zijn.
- Zo is de facticiteit overal, maar ongrijpbaar;
- ik kom altijd alleen maar mijn verantwoordelijkheid tegen en daarom kan ik niet vragen “Waarom ben ik geboren?’;
- de dag van mijn geboorte vervloeken of verklaren dat ik er niet om heb gevraagd geboren te worden,
- want die verschillende houdingen tegenover mijn geboorte,
- dat wil zeggen tegenover het feit dat ik een tegenwoordigheid in de wereld verwerkelijk,
- zijn nu juist niets anders dan manieren om die geboorte in volle verantwoordelijkheid op me te nemen en tot de mijne te maken
- Zo is de facticiteit overal, maar ongrijpbaar;