laatste wijziging: 03-06-2021
5-7 arbeidersbeweging
Hoofdstuk 5 Handelen
5-7 De arbeidersbeweging
- 196 […] arbeiden […] = een activiteit waar de mens […] alleen met zijn lichaam, voor de naakte noodzaak staat zich in leven te houden
-
-
-
-
-
- “de lopende band arbeider”
-
-
-
-
- 196 Het ligt nu eenmaal in de aard
- 197 Het “één zijn” van een arbeidersploeg is fundamenteel apolitiek:
- Het is het diametraal
- 198 Politieke gelijkheid staat […] in lijnrechte
- 198 In deze gevallen
- 198 […] de geschiedenis geen gewag maakt van werkelijk ernstige slavenopstanden […]
- 198 Vanaf de revoluties van 1848 tot aan de Hongaarse opstand van 1956 heeft de Europese arbeidersklasse met haar
- 198 De vakverenigingen (vakbonden) hebben
- Noot 53 blz 349 Wat in dit verband ###
- 199 Wat door de
- 199 Beide stromingen.
- de vakbeweging
- de politieke partijen
- 199 Beide stromingen.
28-05-2021 De stemmen van de arbeidersklasse gaan nog steeds gefragmenteerd naar de onderbuik (PVV), en SP of de PvdA. Maar al met al is er geen linkse meerderheid in Nederland
- 200 Het voornaamste verschil tussen slavenarbeid en moderne, vrije arbeid is niet dat ##
- 200 Sansculottes en montagnards waren tijdens de Franse Revolutie groeperingen
- 201 Toen de arbeidersbeweging
- 201 De arbeidersbeweging heeft nu dezelfde