01 Kuhn – De structuur v wetenschappelijke revoluties
Auteur: Kuhn, Thomas S.
Boek: De structuur van wetenschappelijke revoluties - 1962
ISBN: 90-6009-392-5
Gelezen: juli 2021 - september 2021
januari 2022
- https://nl.wikipedia.org/wiki/Paradigma_(wetenschapsfilosofie)
- https://www.bol.com/nl/nl/f/de-structuur-van-wetenschappelijke-revoluties/39078439/
- https://nl.wikipedia.org/wiki/De_structuur_van_wetenschappelijke_revoluties
https://www.fredtak.nl/filosofisch/wetenschapsfilosofie/115-de-structuur-van-wetenschappelijke-revoluties
Algemeen overzicht
De wetenschap ontwikkelt zich helemaal niet geleidelijk en cumulatief, zoals Popper beweerde. Integendeel, het gaat met sprongen, door Kuhn wetenschappelijke revoluties genoemd. Hij gaat uit van een paradigma, een stelsel van afspraken en ongeschreven regels en wetten van waaruit wetenschap bedreven wordt.
Werken vanuit een paradigma noemt hij normale wetenschap. Binnen dit paradigma wordt veel onderzoek gedaan om theorieën te verfijnen en uit te breiden. Dit is de normale gang van zaken. Echter, steeds zijn er verschijnselen die niet binnen het systeem (het paradigma) passen. Dat is een natuurlijk en zelfs noodzakelijk gegeven. Als dit er zo veel zijn dat er algehele onrust ontstaat, kun je spreken van een crisis. Tijdens zo’n crisis is er even wanorde oftewel een revolutie. Een nieuw paradigma stelt zich in als er nieuwe theorieën zijn ontwikkeld die de tot dan toe onbekende feiten afdoende kunnen verklaren. De rust is weergekeerd. Er is sprake van een paradigma-shift, een sprong omhoog naar een paradigma waarin iedereen zich weer thuis voelt.
Voorbeelden van paradigma-omwentelingen
Kuhn verduidelijkt zijn zienswijzen telkens met voorbeelden uit omwentelingsperioden uit de wetenschap. Zoals dat Copernicus als eerste beweerde dat de aarde om de zon draaide en niet andersom, en in het verlengde daarvan de proeven van Galilei met de valbeweging van verschillende massa’s (die in tegenstelling tot wat Aristoteles dacht even hard naar beneden vallen!), alsmede zijn vergelijking van de valbeweging met een steen slingerend aan een touwtje. Of de ontdekking van zuurstof, eerst zonder dat hij het doorhad door Priestley, later verfijnd en verklaard door Lavoisier. Of de aanpassing van de zwaartekrachtswetten van Newton door Einstein, die het begrip gekromde ruimte invoerde. Alsook de wetten van Maxwell op het gebied van elektromagnetisme, die eerst nog weinig aanvaard werden, maar nu als de grondslagen van dit vakgebied worden beschouwd.
Af en toe stipt Kuhn ook andere wetenschappen aan, zoals de economie, psychologie en sociologie. Maar het is duidelijk dat deze zich aan andere richtlijnen houden dan de natuurwetenschap, die zo duidelijk heel concrete resultaten heeft opgeleverd. In de laatste hoofdstukken nuanceert Kuhn zijn bevindingen. Het is allemaal minder strak en uitgesproken dan wat hij daarvoor heeft beweerd. Eigenlijk is er zelfs nog veel onzekerheid. Het is en blijft een verhelderend boek, absoluut verplicht bij elke cursus wetenschapsfilosofie. Maar lees hem in het Engels, want dat bespaart je veel ergernis.
Voorwoord
- 07 Betreft wetenschapsfilosofie
- 08 Een voetnoot,
- 09 […] mijn ideeën over de wetenschap […]
- 10 […] werd in het bijzonder ##
- 10 Toch veroorzaakt
- 10 Een poging tot
-
- “paradigma’s “
-
- 12 Mijn onderscheid tussen
- 13 Maar intussen ##
- 14 Paul Feyerabend Tegen de methode
1 Inleiding: een taak voor de geschiedenis
- 17 De geschiedenis, beschouwd ##
- 18 In recenter tijden ##
- 19 Als deze verouderde
-
- Alexandre Koyré https://nl.wikipedia.org/wiki/Wetenschapsgeschiedenis
-
- 20 Welke aspecten van de ##
- 20 Ten eerste de ontoereikendheid van methodologische richtlijnen om,
- 21 Effectief onderzoek ##
- 22 […] wordt gesproken van normale wetenschap […]
- 23 De buitennormale episoden, waarin ##
- 25 Feiten en theorieën zijn
- 26 We zeggen vaak dat ##
2 De weg naar normale wetenschap
- 28 Wetenschappelijke klassieken:
- Aristoteles – Physica
- Ptolemaeus – Almagest
- Newton – Principia – Opticks
- Franklin – Electricity
- Lavoisier – Elementaire verhandeling over de scheikunde
- Lyell – Principes van de geologie
- 28 De bovenstaande prestaties waren ##
- 28 Prestaties die deze 2 kenmerken ##
-
- ” paradigma ’s “
-
- 29 Omdat het begrip paradigma in dit essay
- 30 Het aanvaarden van
- Als voorbeeld : licht deeltje of golf?
- Elektriciteit : lading – magnetisme
- 34 /// JST Bij afwezigheid van
- 37 De effectiviteit en de efficiëntie ##
- 39 In de wetenschappen zijn boeken
3 De aard van de normale wetenschap
- 43 Wat zijn nu de
- 43 Welke verdere
- 44 “Normale wetenschap” heeft niet ##
- 48 De gravitatie constante is 6,674 × 10ˆ’11 m3 is een natuurkundige constante die aangeeft hoe de zwaartekracht tussen twee voorwerpen, hun massa’s en hun afstand zich verhouden tot elkaar.
- 51 In 1687 accepteerden de wetenschappers die in de Principia van Newton een paradigma vonden ##
- 52 Laten we de aandacht ##
- 55 Drie categorieën van problemen:
- het bepalen van
- Het vergelijken van theorie
- het uitwerken van de theorie
4 Normale wetenschap als puzzel-oplossen
- 58 Misschien is het ##
- 59 Maar als normale wetenschap niet
- Een gedeelte van
- 60 De termen “puzzel” en “oplosser van puzzels”
https://www.volkskrant.nl/cultuur-media/de-mens-als-machine-en-de-machine-als-mens~b5771661/
Wetenschapsfilosoof Thomas Kuhn (1922-1996) is beroemd geworden met zijn boek De structuur van wetenschappelijke revoluties (1962), waarin hij de geschiedenis van de wetenschap vanuit sociologisch perspectief probeerde te overzien. De Nederlandse socioloog Joop Goudsblom (1932-2020) liep in de jaren zestig college bij Kuhn op Princeton University.
In zijn memoires Geleerd (2016) vat Goudsblom een belangrijke bouwsteen van Kuhns denken zo samen: “˜Kuhn gebruikte het begrip “˜paradigma” om aan te duiden dat elke wetenschappelijke school uitging van een eigen stilzwijgend aanvaard gemeenschappelijk wereldbeeld.”
Op den duur is zo”n gemeenschappelijk wereldbeeld niet langer houdbaar en is er sprake van een crisis die een paradigmawisseling ten gevolg heeft, oftewel een wetenschappelijke revolutie. De anomalie, de afwijking van de regel, die volgens Kuhn onder normale omstandigheden wordt genegeerd, kan dan niet langer terzijde worden geschoven.
- 61 De wetenschappelijke onderneming ##
- 63 De studie van normaalwetenschappelijke tradities ##
- 64 Minder plaatselijke ##
- 65 Vergelijkbare corpusculaire filosofie
- 65 Tenslotte ###
- 66 Het bestaan ##
5 De prioriteit van paradigma’s
- 68 Nauwkeurig ##
- 68 De bepaling ###
- 69 Wetenschappers kunnen ##
- 70 Het is onvermijdelijk dat deze ##
- 70 […] passen we […] de term “spel” toe, omdat
- 71 Wetenschappers werken
- 72 Tot nu toe ##
- 72 Opmerkingen t.a.v.
- 72 Het is zeer moeilijk om de regels te ontdekken
- 72 Wetenschappers leren nooit begrippen, wetten en theorieën an sich en in abstracto
- 73 Normale wetenschap
- 74 Juist in de revolutionaire perioden worden
- 75 Uit wat er
6 Anomalie en het optreden van wetenschappelijke ontdekkingen
- 79 Nieuwe en ##
- 80 Om te zien hoe nauw feitelijke en theoretische ##
- zuurstof
- Zuurstof werd in 1771 ontdekt door de Zweedse apotheker Karl Wilhelm Scheele. De herontdekking door Joseph Priestley maakte het pas in wijdere kring bekend. Men begreep al gauw dat dit gas, hoewel het maar een vijfde deel van de lucht van onze planeet uitmaakt, verbranding mogelijk maakt, alsmede het ademen van mens en dier (en plant, gedurende de duisternis). Het was Antoine Lavoisier die het zijn wetenschappelijke naam oxygenium (zuurvormer) gaf. Men dacht dat het element een onontbeerlijk bestanddeel was van een zuur.
- 83 Laten we nu ##
- 84 […] de ontdekking van de röntgenstralen is een klassiek voorbeeld
- 88 […] met de latere identificatie van de splijting van uranium.
- 88 Paradigmatische procedures ##
- 90 De Leidse fles is de eerste uitvoering van een condensator.
- 90 Dit leidde tot een veranderend paradigma voor de elektriciteit
- Benjamin Franklin gebruikte in 1752 een Leidse fles om met zijn vlieger de elektrische lading van de bliksem op te vangen. Zo bewees hij dat bliksem elektriciteit is.
- 90 Kuhn beschrijft ook een speelkaarten-experiment dat ##
- 92 Dit psychologische experiment zet, als metafoor ##
- 92 In de ontwikkeling van ###
- 93 Zonder het speciale apparaat ##
7 Crises en het ontstaan van wetenschappelijke theorieën
- 98 Een eerste voorbeeld van een nogal #
- 99 Het voorwoord bij Copernicus is nog #
- 100 Een tweede voorbeeld ##
- 101 Tegen de tijd dat #
- 103 Een derde en laatste voorbeeld is de crisis #
- 107 Wetenschapsfilosofen hebben herhaaldelijk #
- 107 Het belang van crises is dat ze #
8 De reactie op een crisis
- 110 Laten we nu aannemen dat crises noodzakelijke voorwaarde zijn voor het ontstaan van nieuwe theorieën en laten we ons vervolgens afvragen hoe de wetenschappers op hun bestaan reageren
- 111 De beslissing om #
- 112 Op het moment dat #
- 112 Er bestaat geen onderzoek zonder tegenvoorbeelden
- 113 Er zijn minstens 2 redenen om ##
- ** 1 ** Normale wetenschap moet er naar streven #
- ** 2 ** Het ligt aan het gereedschap
- 114 Om naar de beginvraag #
- 115 Er zijn altijd moeilijkheden #
12-01-2022 En hoe zit het met de geesteswetenschappen?
- 118 Twee effecten
- ** 1 ** Alle crises beginnen met de
- ** 2 ** Soms blijkt #
- A Soms blijkt de normale wetenschap
- B In andere gevallen
- C Of een crises kan tenslotte
- 121 […] van wat buitengewone wetenschap inhoudt
- 121 Het beeld van een wetenschapper duidt op een man/vrouw die in het wilde ##
- 122 Wetenschappers hebben #
- 124 Degenen die zulke #
- 124 De resulterende overgang naar #
- 125 De vermenigvuldiging van concurrerende opvattingen, ##
9 Het karakter en de noodzakelijkheid van wetenschappelijke revoluties
- 128 Waarom moet een #
- 128 Politieke revoluties #
- 128 Op duidelijk vergelijkbare #
- 131 Om te ontdekken hoe #
- 134 Er zijn in principe maar
- Ten eerste
- Een tweede klasse
- Alleen wanneer
- 134 https://www.nemokennislink.nl/publicaties/de-man-die-de-tijd-veranderde/
- Hét grote verschil tussen Newton en Einstein.
- Volgens Newton is de ruimte vlak.
- Volgens Einstein vervormen ruimte en tijd door de aanwezigheid van een massa.
- https://www.youtube.com/watch?v=7ZAPs0c6Kfs
- E = mc²
- 143 De nieuwe voorliefde v d 17de eeuw voor #
- 144 De wetenschappers van de 18de eeuw accepteerden geleidelijk het ##
- 148 Door een paradigma te leren #
- 149 Evenals de kwestie ##
10 Revoluties als veranderingen van wereldbeschouwingen
- 151 Veranderingen van paradigma brengen wetenschappers ertoe hun onderzoekswereld met andere ogen te bekijken
- 151 Wat eerst eenden waren
- 151 De man die eerst een doos #
- 163 Galilei interpreteerde waarnemingen ##
- 163 Hoofdstuk 3 bevat ##
- 166 […] gedeeltelijk vanwege het impetus-paradigma (impuls) en gedeeltelijk #
- 167 Maar is de zintuiglijke ervaring onveranderd en neutraal?
- JA !
21-01-2022 Vergelijk dit met de manier waarop ik sinds het lezen van Kant het (be)kijken van de werkelijkheid ervaar
- 168 Misschien zal er ooit ##
- 169 Het filosofisch onderzoek ##
- 170 Het kind dat het ##
- 174 TO DO zie:
- https://nl.wikipedia.org/wiki/Atoom#Geschiedenis
- https://nl.wikipedia.org/wiki/Atoommodel_van_Bohr
11 De onzichtbaarheid van revoluties
- 180 Er zijn uitstekende redenen ##
- 187 Begrippen als “tijd”, “energie”, “kracht”, “deeltjes” of “element” zijn begrippen die in leerboeken meestal niet worden gedefinieerd, maar voorondersteld in een paradigma:
- een voorbeeld : “tijd” voor Einstein en “tijd” in een tijdruimte universum
- een begrip moet altijd in een bepaalde historische context worden gezien.
- atoom – elementair deeltje –
- In de natuurkunde wordt een elementair deeltje geacht geen inwendige structuur te hebben, aangezien het niet is samengesteld uit nog kleinere deeltjes. Alle grotere deeltjes zijn samengesteld uit elementaire deeltjes. In de moderne theorie van de deeltjesfysica, het standaardmodel, zijn quarks, leptonen en ‘ijkbosonen‘ elementaire deeltjes.
- atoom – elementair deeltje –
- 188 https://wibnet.nl/natuurkunde/relativiteitstheorie/albert-einstein-en-de-relativiteitstheorie-voor-beginners
24-01-2022 wetenschap ?
24-01-2022 natuurwetenschap ?
24-01-2022 Alfa studies zijn geesteswetenschappen: zaken die door de menselijke geest worden voortgebracht.
12 Het beëindigen van revoluties
- 191 Er zijn nog maar weinig ##
12 Het beëindigen van revoluties
- 191 Er zijn nog maar weinig ##
- 192 Een geheel andere #
- 192 In plaats daarvan #
- Kuhn popper falsificatie verificatie
- Falsificatie betekent dat het mogelijk is om tegenbewijs te vinden voor een bepaalde theorie. De stelling “alle honden hebben een staart” is dus falsifieerbaar, want als je een hond vindt zonder staart, dan is de stelling niet meer waar. Verificatie betekent dat een theorie bevestigd is en dat hij dus waar is.
- verificatie – Zelfstandignaamwoord
- onderzoek naar de juistheid of echtheid van iets
https://nl.wikipedia.org/wiki/Cruciale_test
https://nl.wikipedia.org/wiki/Verificatiebeginsel
Het verificatiebeginsel, soms ook wel het verificatieprincipe genoemd, is een demarcatiecriterium dat een van de pijlers was van het logisch positivisme. Volgens dit beginsel is het zinvol zegbare beperkt tot dat wat empirisch (uit ervaring) te verifiëren is. Een theorie die niet tot de onmiddellijke zintuiglijke indrukken (sense data) kan worden herleid, is derhalve zinloos. Immers, wij kunnen nooit weten of ze waar is of niet. De wetenschap wordt door dit beginsel beperkt tot natuurwetenschappen, wiskunde en logica.
Een belangrijke opmerking hierbij is dat uitspraken die in principe niet verifieerbaar zijn, ook waar kunnen zijn. Een voorbeeld zijn de theorieën van Albert Einstein, die pas tientallen jaren na hun ontstaan getoetst konden worden en krachtens die latere toetsing waar bleken te zijn. Hij doet dan een beroep op het falsificatiebeginsel geformuleerd door Karl Popper.
- 196 Voor de overstap #
- 197 In de eeuw na Copernicus” dood #
- 198 Max Planck merkte bedroefd op dat “” [“¦] een nieuwe wetenchappelijke waarheid #
31-01-2022 Heden ten dage geldt hetzelfde voor het “marktwerking” paradigma
- 201 De kwantitatieve superioriteit ###
- 202 Einstein bij voorbeeld ##
13 Vooruitgang door revoluties
- 209 Waarom is er in de wetenschap een gestage vooruitgang, terwijl dat niet het geval is in bijvoorbeeld kunst, politieke theorie en filosofie?
- 209 Laten we dadelijk #
- 209 Steeds gaat #
- Semantisch
- Betekenis moet worden onderscheiden van de vorm waarin ze wordt uitgedrukt.
- Twee zinnen of woorden die dezelfde betekenis hebben, zoals:
- “Jan kust Marie” en
- “Marie wordt door Jan gekust”
- zijn synoniem.
- Als een enkele zin op twee of meer verschillende manieren kan worden geïnterpreteerd is hij meerduidig ofwel polysemantisch.
- Een voorbeeld van zo’n zin is
- “Ik zag de man met de verrekijker”
- waarin niet meteen duidelijk is of het gaat om een man met een verrekijker om zijn nek, of het waarnemen van een man op afstand met behulp van een verrekijker.
- “Ik zit op een bank” (bovenop het gebouw?)
- 210 Hangt er eigenlijk veel af van een definitie van wetenschap?
- —————–
- 213 Wetenschappelijke vooruitgang ##
- 215 De effecten ###
- 217 Waarom lijkt het zo dat ##
- 217 Het is onvermijdelijk ##
- —————–
- 221 Het wordt nu tijd ### waarheid
- 221 Het in dit essay ###
- 222 Onvermijdelijk heeft die lacune
- 222 Maar is het bestaan van zo”n doel wel noodzakelijk?
- 222 Als we leren evolutie-vanuit-wat-we-weten te substitueren #
- 223 M.b.t. tot Darwin : [“¦] Alle toen bekende ##
- 223 De “Origin of Species” erkende geen doel, #
- “Ik zag de man met de verrekijker”
- Semantisch
Naschrift 1969
- 226 b.t. de begrippen paradigma en “wetenschappelijke gemeenschap”:
- 227 Paradigma betekenis 1 : de hele constellatie ##
- 227 Paradigma betekenis 2 : één aspect van die ##
- Deze tweede betekenis
NS 1 Paradigma”s en de structuur van gemeenschappen
- 228 Moest dit boek opnieuw ##
- 229 Een wetenschappelijke gemeenschap bestaat #
Walther Nernst, Marcel Brillouin,Hendrik Lorentz, Emil Warburg, Jean Baptiste Perrin, Wilhelm Wien, Marie SkÅ‚odowska-Curie, and Henri Poincaré. Standing (L-R): Robert Goldschmidt, Max Planck, Heinrich Rubens, Arnold Sommerfeld, Frederick Lindemann, Maurice de Broglie, Martin Knudsen, Friedrich Hasenöhrl, Georges Hostelet, Edouard Herzen, James Hopwood Jeans, Ernest Rutherford, Heike Kamerlingh Onnes, Albert Einstein, and Paul Langevin.
- 229 Het meest algemeen is de gemeenschap van alle natuurwetenschappers
- 231 Het treffendste geval #
- 233 Een revolutie is voor mij #
NS 2 Paradigma”s als gehelen van groepsovertuigingen
- 235 M.b.t het begrip paradigma / verzameling paradigma”s ( “theorie”) stelt Kuhn voor om deze te vervangen door “disciplinaire matrix”:
- “Disciplinair” , omdat #
- “Matrix”, omdat bezit #
- 236 *** 1 *** Een belangrijke soort componenten zijn “symbolische generalisaties” zoals E = mc2 of U = I * R
- 237 *** 2 *** Een tweede soort componenten zijn “metafysische” paradigma”s: bijvoorbeeld een golf of deeltjes – theorie
- 238 *** 3 *** Een derde soort componenten van deze “disciplinaire matrix” zijn waarden.
- Wat is de grens van een meting: hoe accuraat is deze?
- Nauwkeurigheidsoordelen ##
- 241 *** 4 *** Een vierde soort #
- “standaardvoorbeelden” ( Engels: exemplars)
- 241 Alle natuurkundigen vangen hun ##
NS 3 Paradigma”s als gemeenschappelijke voorbeelden
- 242 De wetenschapper (m/v) leert om te gaan met generalisatie: toen hij/zij situaties voor zijn/haar kiezen kreeg. Dit soort kennis verkrijgt men door herhaaldelijke oefening: doordat hij/zij woorden aangeboden krijgt ##
NS 4 Stilzwijgende kennis en intuïtie
- 246 *** 1 *** Als ik al spreek #
- 246 *** 2 *** Het is niet zo
- 248 We nemen de wereld verschillend waar (Kant)
- Zie eend – haas paradox
- 251 Misschien is “kennis” het verkeerde woord #
- 252 We zien geen elektronen, maar hun #
- 252 We zien geen elektrische stromen, maar #
- 252 Dus is contemplatie, analyse en interpretatie vereist (of #
NS 5 Standaardvoorbeelden, incommensurabiliteit en revoluties
- 254 Alleen filosofen hebben de bedoeling van het vertoog in hoofdstuk 10 en 11 nogal verkeerd opgevat. Een aantal
- goede argumenten
- Incommensurabel = onvergelijkbaar
- 256 Twee mensen die dezelfde ##
- Persuasief overredend, overtuigend.
- 258 Kort samengevat : ##
- vertalers
NS 6 revoluties en relativisme
- 262 Stel je een boomdiagram voor ###
- 263 Kuhn twijfelt er niet aan dat de mechanica van Newton #
NS 7 Het wezen van wetenschap
- 264 *** Eerste kritiekpunt : Kuhn wisselt herhaaldelijk descriptief met normatief taalgebruik af:
- Er “is”
- Er “moet”
- 266 *** Tweede kritiekpunt : Hoewel ###
- 267 Kuhn eindigt het boek met een oproep om de volgende vragen te onderzoeken:
- Hoe kiest men een lid #
- Wat is het proces #
- Wat ziet de groep als geheel #
- 267 Zoals taal is wetenschappelijke kennis ##
@