064 079 -II- De “associatie”

II De “associatie” en de projectie van herinneringen

Bladzijde 64 tot en met 79

• -1- Als ik gewaarwordingen heb, is  alle ervaring gewaarwording
• -2- De opdeling van het veld
• -3- Er is geen “associatieve” kracht
• -4- Er is geen “projectie van herinneringen”
• -5- Het empirisme en de reflectie

.

-1- Als ik gewaarwordingen heb, is  alle ervaring gewaarwording

• 64 Wanneer het begrip gewaarwording eenmaal ##
• 64 Een figuur heeft “contouren” ##
• 64 De verschillende delen ###

65 Wanneer 3 punten A, B en C op de omtrek ###

• 65 Het kan zijn ###
• 66 De ruimtelijke verdeling van de drie punten A, B en C ###
• 66 De woorden “cirkel” en “ordening“

.

-2- De opdeling van het veld

67 Ons waarnemingsveld is opgebouwd uit “dingen” en “lege ruimtes tussen de dingen“ 67 Als wij de tussenruimtes ### zie ook Hegel : https://www.janux.nl/wp/2021/079-ii-de-waarneming-of-het-ding-en-de-illusie/ zie ook Wertheimer: wetten: https://nl.wikipedia.org/wiki/Gestaltpsychologie 06-12-2022 Er is geen driehoek in de bovenste figuur, maar je hersenen “bouwen” deze driehoek wel op. Hetzelfde geldt voor de “bol” in de onderste figuur. 69 /// JST Een zintuiglijke indruk kan nooit door zichzelf met een andere indruk worden geassocieerd

.

-3- Er is geen “associatieve” kracht

• 70 Een zintuiglijke indruk ###
  • Als voorbeeld het vinden van rijmwoorden:
    • lettergrepen
      • dak – tak
      • ged – deg : hier heeft een proefpersoon veel meer moeite mee om rijnwoorden te vinden
• 71 Een proefpersoon herkent figuur 3 in figuur 4, waarin zij “verstopt” is, steeds ongeveer ##

• 71 Met betrekking tot de “inducerende figuur”  […] dat het feitelijke verleden ###

.

-4- Er is geen “projectie van herinneringen”

• 71 Zelfs buiten het empirisme spreekt ##
• 73 De waarnemingsillusie:
  • kan niet op ###
  • Maar de vroegere ervaring ##
  • Om in het zoekplaatje een kat te kunnen ontdekken ##
• 74 Men bouwt de waarneming op ##

• 75 Hier komt het ware probleem ware probleem van het geheugen in de waarneming aan het licht, in verband met de algemene problematiek van het waarnemingsbewustzijn.
• 75 Het gaat er namelijk om te begrijpen hoe het bewustzijn, vanuit zijn eigen leven en zonder in een mythisch onbewuste allerlei aanvullende materialen aan te dragen, in de loop van de tijd de structuur van zijn wereld kan veranderen.
• 75 Waarnemen is niet het ervaren van een veelheid van indrukken die herinneringen met zich meevoeren om ze te voltooien, maar het is het plotseling zien ontspringen van een immanente zin in een constellatie van gegevens, zonder welke geen enkel beroep op herinneringen mogelijk is.
• 75 Zich herinneren betekent niet een beeld van het op zich bestaand gebleven verleden opnieuw onder de blik van het bewustzijn brengen, maar het is het verzinken in de horizon van het verleden en daar steeds verder de erin opgesloten perspectieven ontvouwen, totdat de ervaringen die deze bevat als het ware opnieuw op hun plaats in de tijd worden geleefd.
• 75 Waarneming is geen herinnering.

-5- Het empirisme en de reflectie

• 76 De betrekkingen van “figuur” en ##
• 76 In het algemeen ####
• 78 Maar de natuur waarvan het empirisme spreekt ###