laatste wijziging: 07-12-2018

182f Andere vormen van dualisme

BRONNEN:

Andere belangrijke vormen van dualisme die ontstonden als reactie op de Cartesiaanse variant, of als een poging om haar te redden, zijn:

Psycho-fysisch parallellisme

Psycho-fysisch parallellisme, of parallellisme, is de opvatting dat de geest en het lichaam, hoewel ze beide over een onderscheiden ontologische status beschikken, elkaar niet causaal beïnvloeden, maar beide een parallel verloop volgen. Hierbij interageren mentale gebeurtenissen causaal met andere mentale gebeurtenissen en gebeurtenissen in de hersenen interageren causaal met andere gebeurtenissen in de hersenen, maar mentale gebeurtenissen interageren niet met gebeurtenissen in de hersenen of omgekeerd. Ze lijken elkaar enkel te beïnvloeden.
Deze opvatting werd het meest prominent vertegenwoordigd door Gottfried Wilhelm Leibniz. Hoewel Leibniz in feite een ontologische monist was die geloofde dat er maar één fundamentele substantie bestond in het universum, namelijk de monaden, waartoe alle andere substanties konden herleid worden, verdedigde hij desondanks dat er een belangrijk onderscheid moest bestaan tussen “het mentale” en het “fysieke” in termen van causaliteit.
Hij stelde dat God op voorhand de dingen had geordend opdat de geesten en de lichaam met elkaar in harmonie zouden zijn. Deze opvatting is beter bekend als de doctrine van de harmonia praestabilita (Harmonie Préétabli).

Harmonia praestabilita

Het idee van harmonia praestabilita, of (Frans: harmonie préétablie, Duits: prästabilierte Harmonie) is bedacht door de Duitse filosoof Gottfried Wilhelm Leibniz. Het biedt een verklaring voor het lichaam – geest probleem.

Leibniz stelde dat er helemaal geen wisselwerking plaatsvindt tussen lichaam en geest. Deze twee entiteiten leven volstrekt naast elkaar maar hebben wel een gezamenlijke oorsprong waardoor hun gedragingen sterk op elkaar lijken. Stel bijvoorbeeld dat iemand zich verwondt, dan zal deze persoon pijn voelen en zal hij eventueel een gil geven. Volgens Leibniz kan het gegil van het lichaam wel degelijk veroorzaakt zijn door de verwonding. De pijngewaarwording, die in de ziel plaatsvindt, is echter voorgeprogrammeerd. Dit is nog voor de geboorte gebeurd. Kortom, er is geen verband tussen de verwonding en de pijngewaarwording. Er is wel een verband tussen de pijn en de behoefte om te gillen. Er is echter weer geen verband tussen de behoefte om te gillen en de gil die het lichaam produceert. Door dit alles lijkt het of er een wisselwerking plaatsvindt tussen lichaam en geest.

Leibniz stelde dat de menselijke geest zeer zorgvuldig voorgeprogrammeerd moet zijn

Occasionalisme

Occasionalisme is het standpunt dat ingenomen werd door Nicolas Malebranche. Deze opvatting verdedigt dat alle veronderstelde causale relaties tussen fysische gebeurtenissen, of tussen fysische en mentale gebeurtenissen, in feite geen echte causale relaties zijn.
Hoewel lichaam en geest volgens deze opvatting nog steeds worden gezien als verschillende substanties, worden de effecten van alle oorzaken (ongeacht of ze fysisch of mentaal zijn) toegeschreven aan een interventie van God, die bij elke causale gebeurtenis tussenbeide komt.

Het occasionalisme is een filosofische leer die de wisselwerking tussen lichaam en geest probeert te verklaren. Het is een dualistische benadering op het lichaam-geestprobleem. Het occasionalisme werd in de 17e eeuw uitgebreid beschreven door de Franse filosoof Nicolas Malebranche. Desondanks kan men deze leer al in een bepaalde vorm terugvinden bij Arabische denkers zoals Al-Ghazali.

In de 17e eeuw leefde de opvatting dat de menselijke ziel heel anders was dan het lichaam. Volgens het dualistische idee is de stoffelijke en onstoffelijke wereld van een totaal andere orde waardoor de wisselwerking tussen beiden een probleem wordt. René Descartes die dit probleem voor het eerst uitdrukkelijk aankaartte, bedacht een interactionisme dat de invloed van de geest op het lichaam (en andersom) verklaarde aan de hand van de pijnappelklier: in dat deel van de hersenen zou de “omzetting” gebeuren.

Deze oplossing was echter voor vele andere filosofen onbevredigend. Daarom stelt het occasionalisme dat de interactie tussen geest en lichaam niet mogelijk kan zijn zonder het direct ingrijpen van God. Bij elke geestelijke handeling zorgt God ervoor dat het lichaam op een goede manier handelt in overeenstemming met dat verlangen. Omgekeerd zorgt een verandering aan het lichaam ervoor dat God gewaarwordingen in de geest van die persoon aanbrengt. Het occasionalisme stelt dan ook dat het verband tussen bijvoorbeeld gewond raken en pijn voelen alleen door God veroorzaakt kan worden. Hetzelfde geldt bijvoorbeeld wanneer iemand beslist zijn hand te bewegen en het gevolg dat iemands hand ook inderdaad beweegt.

Epifenomenalisme

Epifenomenalisme: Niet-interactionistisch Eigenschaps-Dualisme is een doctrine die het eerst werd geformuleerd door Thomas Henry Huxley. Fundamenteel bestaat deze opvatting in het standpunt dat mentale fenomenen causaal impotent zijn. Fysische gebeurtenissen kunnen andere fysische gebeurtenissen veroorzaken, fysische gebeurtenissen kunnen ook mentale gebeurtenissen voortbrengen, maar mentale gebeurtenissen kunnen zelf niets veroorzaken, aangezien ze causaal inerte bijproducten (epifenomenen) zijn van de fysische wereld. Het epifenomenalisme werd in meer recente tijden het sterkst verdedigd door Frank Cameron Jackson.

Emergentisme

Emergentisme : Interactionistische Eigenschapsdualisten stellen dat wanneer materie op een gepaste manier georganiseerd is, met name op de manier zoals levende menselijke lichamen georganiseerd zijn, mentale eigenschappen voortkomen. Bijgevolg van deze opvatting is een variant van het emergentiematerialisme. Deze emergerende eigenschappen hebben een onafhankelijk ontologisch statuut en kunnen niet gereduceerd worden tot, of verklaard worden in termen van het fysische substraat waaruit ze voortkomen. Deze positie wordt aangehangen door David Chalmers en Saul Kripke en heeft een soort renaissance ondergaan in de voorbije jaren.