laatste wijziging: 10-11-2021
Fenomenologische reductie
TO DO : Act
- Een karaktertrek van de intentionaliteit is het streven naar evidentie.
- Evidentie betekent de onbetwijfelbare zelfgegevenheid van een intentioneel gedacht object voor een oorspronkelijk vattend bewustzijn.
- Om de fenomenen van deze aard in het oog te krijgen, is er een fundamentele verandering van onze natuurlijke houding t.o.v. de wereld noodzakelijk, die Husserl fenomenologische reductie noemt.
- In de natuurlijke houding vellen we voortdurend oordelen over het zijn van de objecten als zodanig (zijnsgeloof). De fenomenologische houding daarentegen onthoudt zich van dergelijke oordelen over het zijn of niet-zijn van de objecten en maakt zo waarneming van het bewustzijn mogelijk die zonder vooroordelen is, d.w.z. van dat wat als fenomenen in de correlatie van noesis en noema is gegeven
- Husserl noemt dit met een begrip uit de antieke scepsis epoche (onthouding).
- Een andere karaktertrek van de fenomenologie is de eidetische (Grieks [eidos]: wezen) reductie.
- Niet de afzonderlijke gevallen van het intentionele bij bijzondere individuen zijn haar object, maar de wezenlijke grondwetten van de belevingen.
- Fenomenologie is in deze betekenis het aanschouwen van het wezen.
- Met behulp van de reductie is het nu mogelijk te verhelderen, op grond van welke acten het bewustzijn zichzelf in het bewustzijn constitueert, en hoe objectivering en daarmee de wereld, zich in het bewustzijn constitueren. Deze constitutie is slechts mogelijk dankzij de identiteit van het zuivere ik.