laatste wijziging: 15-04-2018
365 582 Boek 2 Dialectische afleidingen v-d-Z-R
DEEL 2 AFDELING 2 BOEK 2
Boek 2 : De dialectische afleidingen van de zuivere rede
Dit deel van het boek bevat in totaal 180 bladzijden. Het eindigt op bladzijde 545
- 365 We kunnen zeggen dat we van het object van een louter transcendentaal idee geen begrip hebben, hoewel die idee in de rede, volgens haar oorspronkelijke wetten, volstrekt noodzakelijk wordt voortgebracht. Want er is van een object dat aan de eis van de rede zou voldoen in feite geen verstand begrip mogelijk, dat wil zeggen een begrip dat in een mogelijke ervaring getoond en aanschouwelijk gemaakt kan worden. Beter, en met minder kans op misverstanden, zouden we ons uitdrukken wanneer we zeiden dat we van het object dat met een idee correspondeert geen kennis, maar wel een problematisch begrip kunnen er
- 365 Nu berust in elk geval de transcendentale (subjectieve) realiteit van de zuivere rede begrepen op het feit dat we door een noodzakelijk syllogisme tot zulke ideeën worden gebracht. er zullen dus zielig is men zijn die geen empirische premissen bevatten en door middel waarvan we iets wat we kennen, iets anders afleiden waarvan we geen begrip hebben en dat we door een onvermijdelijke schijn toch objectieve realiteit geven. Dergelijke zielig is mijn moeten ten aanzien van hun resultaat eerder pseudo-rationeel dan rationeel worden genoemd; hoewel ze, gezien hun oorsprong, wel degelijk voor de laatste benaming in aanmerking komen, omdat ze niet zijn verzonnen of toevallig zijn ontstaan, maar uit de natuur van de rede voortkomen. Het zijn sofisme, niet van de mensen, waarvan de zuivere rede zelf, waarvan zelfs de allerwijste mens zich niet kan losmaken; misschien kan hij met grote moeite dwalingen voorkomen, maar hij zal zich nooit helemaal kunnen bevrijden van de schijn, die hem onophoudelijk geweld en voor de gek houdt
- 365 Er zijn dus slechts 3 soorten dialectische syllogismen, zoveel als er ideeën zijn, tot welke hun conclusies leiden:
- In het syllogisme van de eerste klasse leid ik uit het transcendentale begrip van het subject dat niets menigvuldigs bevat, de absolute eenheid af van dat subject zelf, waarvan ik op die manier geen enkel begrip heb. Deze dialectische afleiding zal ik het transcendentale paralogisme noemen.
- De tweede klasse pseudo rationele syllogismen is gericht op het transcendentale begrip van de absolute totaliteit in de reeks der voorwaarden bij een willekeurig gegeven verschijning; en uit het feit dat mijn begrip van de onvoorwaardelijke synthetische eenheid van de reeks aan een kant altijd met zichzelf in tegenspraak is, leidt hij de juistheid van de tegenovergestelde eenheid af, waarvan ik al evenmin een begrip werk. De toestand van de rede in deze dialectische afleidingen zal het de antinomie van de zuivere rede noemen.
- Tenslotte leidt ik in de derde soort pseudo-rationele syllogisme van de totaliteit der voorwaarden waaronder objecten in het algemeen worden gedacht voor zover men ze gegeven kunnen zijn, de absoluut synthetische eenheid af van alle voorwaarden van de mogelijkheid der dingen in het algemeen; dat wil zeggen van dingen, die ik niet ken wat hun louter transcendentale begrip aangaat, leidde in wezen aller wezens af, dat ik nog minder kennen door een transcendentaal begrip en van de onvoorwaardelijke noodzakelijkheid waarvan ik me geen begrip kan vormen. Dit dialectisch syllogisme zal ik het ideaal van de zuivere rede noemen.