laatste wijziging: 21-02-2022

Herder – Het volk moet trots zijn op zijn eigen wereldbeeld

Herder verzamelde Duitse volksliedjes. Hij publiceerde ze in een bundel, die tegenwoordig nog steeds in de winkels ligt. Dergelijke liederen zijn volgens Herder van grote betekenis: ze tonen de unieke scheppingskracht van een volk, die nauw samenhangt met de cultuur en het verleden van het land. ‘Het volk’ betekent bij Herder eens niet de arbeidersklasse of het plebs. Het volk bestaat simpelweg uit alle mensen in een land. Zowel de koning als de onderdanen behoren ertoe. Herder was een van de denkers die de Romantiek inluidde, het tijdperk waarin voelen boven denken werd gesteld, een narcis boven een stoomtrein en het subjectieve boven het objectieve. De eerdere Verlichtingsdenkers gingen ervan uit dat de verschillen tussen individuen en volken zouden verdwijnen. De rede zou ervoor zorgen dat iedereen uiteindelijk tot dezelfde inzichten zou komen. Romantici zoals Herder benadrukken juist het eigene, het onderscheidende, van mensen en groepen. Elk volk is op zijn eigen manier bijzonder en deze Volksgeist (volksgeest) moeten we waarderen. Taal speelt hierin een grote rol: taal beïnvloedt ons denken, stelt Herder, waardoor elke taalgemeenschap een eigen wereldbeeld met eigen werkelijk­heden verwerft. En daar moet je trots op zijn: patriotisme staat bij hem hoog in het vaandel. Maar zoals een romanticus betaamt, streeft hij ook naar harmonie. Alle volken zijn in Herders ogen gelijkwaardig en vormen tezamen de ‘mondiale humaniteit’.

De nationaal­socialisten vonden Herders werk gedeeltelijk interessant en plukten eruit wat ze beviel: de vaderlandstrots behielden ze, het gelijkheidsdenken gooiden ze eruit. De hedendaagse filosoof Alain Finkielkraut ziet Herder niet als basis voor nationale trots maar juist als inspiratiebron voor de multiculturele samenleving. Beide elementen van Herders denken komen daarin terug: het recht om onderlinge verschillen te tonen en het idee dat ondanks deze verschillen iedereen gelijk is.